Huishouden

Een verzameling van een of meer personen die een woonruimte bewonen en daar zelf voorzien, of door derden worden voorzien, in dagelijkse levensbehoeften. Onderscheiden worden particuliere en institutionele huishoudens. Een particulier huishouden bestaat uit een of meer personen die alleen of samen in een woonruimte gehuisvest zijn en zelf in hun dagelijkse behoeften voorzien. Institutionele huishoudens bestaan uit twee of meer personen voor wie in huisvesting en in dagelijkse levensbehoeften door derden bedrijfsmatig worden voorzien. Het betreft de inwoners van instellingen zoals verpleeg-, bejaarden- en kindertehuizen, revalidatiecentra en gevangenissen die daar in principe langer dan een jaar (zullen) verblijven.

Algemeen

In de bevolkingsregistratie wordt het begrip huishouden niet gehanteerd. Zo staat bijvoorbeeld een samenwonend paar geregistreerd als twee alleenstaanden in de Basisregistratie Personen. Om toch een inschatting te kunnen maken van het aantal huishoudens in Utrecht maakt de afdeling Onderzoek een huishoudensstatistiek.

Schatting

In de huishoudensstatistiek wordt een schatting gemaakt van het aantal huishoudens en hun kenmerken op basis van de bewoningssituatie op een adres. Er is sprake van 1 huishouden op het adres als:
- een volledig gezin met of zonder kinderen op een adres woont, zonder anderen
- een onvolledig gezin op een adres woont, zonder anderen
- een alleenstaande op een adres woont, zonder anderen

Verder is er ook sprake van 1 huishouden als de bewoning van het adres bestaat uit:
- 1 mannelijke en 1 vrouwelijke alleenstaande
- 1 mannelijk hoofd van een onvolledig gezin en 1 vrouwelijke alleenstaande
- 1 vrouwelijk hoofd van een onvolledig gezin en 1 mannelijke alleenstaande
- 1 mannelijk hoofd van een onvolledig gezin en 1 vrouwelijk hoofd van een onvolledig gezin

In alle andere bewoningssituaties wordt een inschatting gemaakt om hoeveel huishoudens het gaat. Aan de huishoudensstatistiek ligt een ramingsmodel ten grondslag, waarmee deze statistiek dus een raming is en geen telling. Niet alleen het aantal huishoudens is geraamd, maar ook de leeftijdsstructuur van de hoofden van huishoudens. Daarmee kan deze dus enigszins afwijken van de (getelde) bevolkingsstatistiek. Om dit te minimaliseren zijn de leeftijden ingedeeld in leeftijdsgroepen.

Zelfstandig en onzelfstandig wonend

De vraag of een huishouden zelfstandig dan wel onzelfstandig woont, wordt bepaald aan de hand van de situatie op het adres. Indien er sprake is van meerdere huishoudens op het adres zullen doorgaans (onvolledige) gezinnen als zelfstandig worden getypeerd en daarmee de andere huishoudens op het adres als inwonend.